Na sterilisatie/castratie van uw hond is de kans dat de vacht zal veranderen. Vaak wordt de ondervacht langer en gaat door de bovenvacht groeien. Op deze manier verandert dit in dikke wollige vachten. Dit komt door het ontbreken van hormonen die er voor de sterilisatie/castratie wel waren. Dit kom het meest voor bij honden met half lang tot lange vacht.
Met de komst van lente en zomer hebben ook weer vele grassoorten. LET OP!! deze grassoorten bevatten grasaren. Ze bestaan uit zaden met weerhaakjes. Hierdoor kunnen ze zich aan de vacht van de hond vasthechten. Sommige van de deze zaden dringen door de huid heen of komen terecht in het oor met alle nare gevolgen van dien. Het lichaam beschouwt deze zaden als lichaamsvreemd materiaal en reageert hierop met een ontsteking. Als uw hond veelvuldig op een plek likt of krabt en daar een gaatje in de huid zichtbaar is. Ook kan het zijn dat er al een verdikking ontstaan is. Houdt hierbij de mogelijkheid open van een grasaar die naar binnen is gekropen. In beide gevallen is het raadzaam om een dierenarts te raadplegen. Check dus regelmatig de vacht van uw hond.
Kort-en gladharige honden worden in de rui te vaak en met verkeerd materiaal geborsteld. Hierdoor ontstaat er een extra verhaarprobleem. Extra borstelen levert opnieuw een verlengde ruiperiode op en op deze manier komt er geen eind aan. Door de vacht volledig met rust te laten kun je dit herstellen. Ook maken veel mensen de fout om te denken dat scheren de oplossing is. Dit is niet aan te bevelen. Het haarzakje van een hond is zo ontwikkeld dat er een bepaald aantal gezonde haren kunnen groeien, is dit op dan zal de kwaliteit hard achteruit gaan. Een hondenhaar is zo gemaakt dat wanneer deze halverwege zijn groeiproces wordt afgeschoren zo snel mogelijk weer zijn normale lengte wil behalen waardoor de vacht ook snel terug zal groeien. Als u dus een hond gaat scheren die normaal gesproken in de rui gaat dan zal deze steeds eerder in de rui terecht komen omdat de cyclus van de groei wordt verstoord. Om versneld op een prettige manier door de rui heen te komen is het beter om de hond te wassen. Door het water worden de haren verzwaard en kan hierdoor makkelijk uit de vacht worden geblazen bij het drogen. Het resultaat zal u zeer verassen!
Borstel regelmatig de vacht van uw hond. Je kunt hier niet vroeg genoeg mee beginnen. Je leert de pup op deze manier wennen aan de borstel. Borstel laagje voor laagje van onder naar boven vanaf de huid. Controleer daarna met de kam of er nog klitten aanwezig zijn. Vergeet vooral niet de bekende plekjes zoals achter de oren, liezen, oksels en de buik. Beloon goed gedrag en sluit de borstelbeurt positief af met iets lekkers of een leuk spelletje. Om klitten in rond de hals van de hond te voorkomen kunt u het beste de hond zonder halsband laten lopen als u na het uitlaten weer thuis komt.
De meest voorkomende parasiet is de vlo. Met stip op nummer 1! Omdat vlooien zo snel bewegen is het moeilijk om te zien wanneer uw huisdier vlooien heeft. Wel kun je vaststellen of er vlooien zijn geweest doordat er kleine zwarte korreltjes op de huid aanwezig zijn. Dit is vlooienpoep. Als je de korrels nat maakt worden de korrels roodbruin. Dit zijn bloedresten die onverteerd zijn.Plaatsen waar ze zich bij voorkeur ophouden zijn de achterhand rond de staartwortel in de liezen en op de buik. Vlooienspeeksel veroorzaakt een jeukprikkel die zeer heftig kan zijn. Er kunnen ontstekingen aan de huid ontstaan en indien je hier niets aan doet kan het dier een vlooienallergie ontwikkelen. Als dit gebeurd is een enkele beet al voldoende om een overgevoeligheidsreactie te veroorzaken. Ze kunnen leiden tot bloedarmoede of een lintworminfectie overbrengen. Levenscyclus van de vlo Zodra een volwassen vlooienvrouwtje een bloedmaaltijd heeft gehad kan ze wel tot 50 eitjes per dag leggen. De eitjes zijn kleine korrels en hebben geen houvast in de vacht en vallen daardoor op de grond. Vooral op de favoriete ligplaatsen. In gunstige omstandigheden (hoge luchtvochtigheid en warmte) komt het eitje na 1 tot 6 en soms na 20 dagen uit. De larve is pootloos en leeft van organisch materiaal zoals huidschilfers. De larve zoekt een donkere plek op zoals kieren en naden van vloeren, meubels, manden en tapijten. Na een week tot 200 dagen afhankelijk van de leefomstandigheden ontwikkelt de larve zich tot pop. Indien de omstandigheden gunstig zijn (warm en vochtig) zal de pop zich in 8 tot 10 dagen tot volwassen vlo ontwikkelen. In mindere omstandigheden kan dit 6 tot 12 maanden in beslag nemen. Zodra de vlo trillingen voelt zal hij ontwaken. De eerste warmtebron die voorbij komt wordt besprongen. Is dit toevallig een mens zal de vlo sterven anders kan het feest beginnen! Slechts een zeer klein percentage van de cyclus leeft als volwassen vlo op zijn gastheer. Dit betekent dat 90 tot 99% in en om de ligplaats van de gastheer woont!! Vergeet bij een besmetting niet om uw omgeving te behandelen anders heeft de bestrijding bij de hond weinig zin.
Teken zijn kleine spinachtige beestjes die zich vanuit de omgeving struiken en gras op de gastheer laten vallen. Ze bijten zich vast in de huid en zuigen zich vol met bloed totdat ze verzadigd zijn. Ze laten zich dan vanzelf vallen en zien er dan ongeveer uit als een grijze erwt. Het vrouwtje legt haar eieren op een beschutte plaats en sterft vervolgens. De eitjes verspreiden zich door (regen)water en komen na een paar weken uit. De larve klimmen op een nieuwe gastheer en zuigen zich vol bloed. Ze ontwikkelen zich tot nimfen op de grond. Vervolgens ontwikkelen die zich tot volwassen teken die tot 1 ½ jaar zonder voedsel kunnen. Controleer de vacht regelmatig op teken. Vindt u een teek verwijder deze dan meteen. Bij het vastgraven in de huid kan er irritatie en jeuk ontstaan. Na het loslaten kan er een verdikking van de huid optreden. Helaas is de teek vaak besmet met ziekteverwekkers zoals Borrelia Burgdorferi, de veroorzaker van de ziekte van LYME die bij mensen tot ernstige afwijkingen kan leiden. In gebieden rond de Middellandse Zee zien we veel besmette teken die bij de hond de ziekte Babesiosis (tekenziekte) kunnen overdragen. Bestrijden van teken is niet moeilijk. Je kunt ze stuk voor stuk verwijderen met een tekentang of met een algemeen tekenmiddel doden. Er zijn sprays, druppels en speciale tekenbanden te verkrijgen. Verdoof de teek niet met alcohol! Dit om te voorkomen dat de teek zijn maaginhoud terug spuugt en zo de kans op besmetting vergroot.